Dit hoofdstuk gaat het over breuken en kommagetallen (decimale breuken).
Er wordt aandacht besteed aan de betekenis van breuken (paragraaf 2.1) en kommagetallen (paragraaf 2.3). Ook de uitspraak en schrijfwijze van deze getallen komt daarbij aan bod. In paragraaf 2.2 staat de gelijkwaardigheid van breuken, ordenen en vergelijken en plaatsen van breuken op een getallenlijn centraal.
Een bijzondere eigenschap van kommagetallen is dat je ze kunt afronden en afbreken. Hierover gaat paragraaf 2.4. Paragraaf 2.5 gaat over het omzetten van breuken in kommagetallen en omgekeerd. Rekenen met breuken en kommagetallen staat centraal in de paragrafen 2.6 en 2.7.
Uitwerkingen
Uitwerkingen opdrachten hoofdstuk 2 boek
Oefenopdrachten
Toetsopgaven
Per niveau kan je toetsen of je de kennis van het hoofdstuk beheerst. Klik op onderstaande links voor het openen van de toetsopgaven per niveau.